Wereldhandelsspel

Categorie Project

Het Wereldhandelsspel is een management game waarbij de spelers landen spelen die onderling handeldrijven.

Wereldhandelsspel

Het Wereldhandelsspel (WHS) is een management game waarbij de spelers landen spelen die onderling handeldrijven. Het spel is ontwikkeld door het Institute of Social Studies in Den Haag onder toezicht van prof. dr. J. Tinbergen. Het heeft een educatief karakter en dwingt de spelers na te denken over internationale economische betrekkingen.

“Onderontwikkeling kenmerkt zich door een sterke onderlinge vervlechting van een veelheid van ernstige belemmeringen en vraagt om een meer rechtvaardige verdeling van welvaart in de wereld. Die economische eenzijdigheid en afhankelijkheid van de onderontwikkelingslanden komt bijzonder duidelijk naar voren in de wereldhandel. Het Wereldhandelsspel heeft de intentie de deelnemers die afhankelijkheidsrelatie zelf te laten ervaren.” 

Grenzen aan groei

Het WHS is nu niet meer weg te denken uit de JCI-activiteiten en heeft zijn wortels in de woelige jaren zeventig van de vorige eeuw. De oliecrisis en economische malaise leidden tot de publicatie van het geruchtmakende boek ‘Grenzen aan de groei’. Dit rapport aan de Club van Rome legde de relatie tussen bevolking, industriële output, voedselproductie en verbruik van natuurlijke hulpbronnen bloot en concludeerde dat over populatie, milieuproblemen en uitputting van natuurlijke hulpbronnen de economische groei binnen dertig tot vijftig jaar zouden afremmen. Hoewel niet onomstreden leidde het boek tot een brede maatschappelijke discussie, ook binnen JCI.

Hoe het wordt gespeeld

Het WHS is een nabootsing van de wereldeconomie, waarin de vaak uitzichtloze economische en financiële positie van ontwikkelingslanden centraal staat. Het spel gaat over wereldhandel tussen 12 landen. De deelnemers vertegenwoordigen deze landen. Er wordt in 3 tot 5 rondes (vergelijkbaar met 3 tot 5 jaren) gehandeld. De deelnemers regeren de 12 landen, doen investeringen, beheren grondstoffen, drijven handel met de andere landen en realiseren economische groei. Ook worden leningen aangegaan met het IMF, maar er kunnen ook onderling afspraken en coalities worden gemaakt om uiteindelijk een optimaal resultaat te boeken voor de eigen handel.

Net als in de echte wereld komen werkloosheid, schaarste van grondstoffen en overproductie aan bod tijdens het spel. Met behulp van een computerprogramma en/of webapp houdt de spelleiding bij welk land de meeste vooruitgang boekt.